Een toekomst voor Roma in Gent

De complexiteit van migratie is sinds de eerste migratiegolf 50 jaar geleden alleen maar toegenomen, zegt Pascal Debruyne, voorzitter van Uit de Marge. Hij is er meer dan ooit van overtuigd dat sterke netwerken tussen vrijwilligers, professionelen en de Stad Gent noodzakelijk zijn om migratie in goede banen te leiden. ‘We kunnen alleen maar samen bouwen aan een toekomst hier.Want er is weinig keuze. Er is geen “zij” en “wij”: er is alleen maar ons.’

© Sammy Van Cauteren

Een familie in LunikIX. Sammy Van Cauteren trok enkele jaren geleden naar LunikIX waar hij voor een fototentoonstelling beelden maakte van de erbarmelijke leefomstandigheden van de Roma in Kosicé

Tentoonstelling: Lunik IX, in Gent
Amnesty International Gent kaart tijdens de Gentse Feesten traditiegetrouw een mensenrechtenthema aan. Dit jaar: de precaire positie van Roma in Slowakije. Gedurende de afgelopen 4 jaar reisde fotograaf Sammy Van Cauteren naar Lunik IX, een Roma- getto in Kosice in Oost-Slowakije. Hij maakte er foto’s die een eerlijk beeld geven van hoe het is om te leven in een bouwval. En hoe mensen daar mee om gaan. Ze tonen hoe sommigen opgaan in het verval en hoe anderen ertegen vechten. De fototentoonstelling loopt van vrijdag 14 juli tot en met vrijdag 28 juli in Sint-Niklaaskerk te Gent.
Meer info.

Het is januari 2014. Het nieuwe jaar had net haar intrede gedaan. Als in een net-te-laat-kersttafereel staan twee kinderen voor mijn deur: A. (7 jaar) en M. (13 jaar). Dat ze van Kosicé komen en of we geen centje hebben voor hun,… Zich wassen hebben deze jonge Slovaakse meisjes zich al een tijd niet meer gedaan, zoveel is hen aan te zien. Of ze een boterham willen? Of wat cornflakes?

Dat er twee bedelende Roma meisjes aan de deur staan doorbreekt – of doorkruist – het alledaagse ritme in Mariakerke, waar ik toen woonde. In die wijk bepalen de lokale amateurtheatervereniging “nut en vermaak” of de lokale Chiro die met pannenkoeken rondleurt om zijn kas te spekken het alledaagse ritme. De volgende maanden en jaren zou ik de meisjes leren kennen, hun scholen afschuimen, en allerlei plaatsen waar basisnoden gelenigd worden: voedselpakketten bij de KRAS-diensten, gratis douches op het Van Beveren plein, tot gratis kledij, nan-pro en pampers voor de baby bij de werkgroep Vluchtelingen Gent. Ik zou leren over E- en E pluskaarten, recht op een medische kaart, bijlage 19 en allerlei bureaucratische drempels waardoor deze nieuwkomers de eerste sport van de ladder niet halen. Maar ik zou ook officieus “dooppeter” worden van een klein Romameisje dat net geboren was. Ik was niet langer een Gadjo: een vreemde onder hen.

De integrale aanpak of “cliëntoverleg” met een batterij welzijnswerkers, leidde in de praktijk vaak tot het doorschuiven van verantwoordelijkheid.

De academicus wordt onder dwang een praktijkwerker die aan nabijheidspolitiek doet: “kwartier maken” heet dat, zo heb ik me laten vertellen. Alle rollen die ik normaal comfortabel kan kiezen, of theoretisch opzij kan zetten wanneer ik thuis zit of achter de gesloten deuren van een instituut van een universiteit, werden deel van mijn leefwereld.

Maar de meisjes en de Roma gezinnen zouden wel meer ritmes verstoren. De tocht die je met hen aflegt, confronteert je met de contouren van de verzorgingsstaat, de voorbijgestreefde visies van het integratiedenken en de aanpak van het mainstream welzijnswerk die ze verstoren of uitdagen. De integrale aanpak of “cliëntoverleg” met een batterij welzijnswerkers, leidde in de praktijk vaak tot het doorschuiven van verantwoordelijkheid. Discretionaire ruimte om buiten de lijntjes te kleuren of onder de radar gaan, versmalt in de praktijk.

© Sammy Van Cauteren

Sammy Van Cauteren trok enkele jaren geleden naar LunikIX waar hij voor een fototentoonstelling beelden maakte van de erbarmelijke leefomstandigheden van de Roma in Kosicé

De oplossingen en mogelijkheden voor gezinnen met een precair verblijfsstatuut vormen zich vaak buiten het officieel circuit van sociaal werk. Maar ik zou ook veel leren over hun vindingrijkheid in de marges van de samenleving, hun informele overlevingssystemen en -economie. En over hun leven daar in het Slovaakse Kosicé. Over de blokken van Lunik 9: 13 appartementsblokken aan de rand van Kosice waar zo’n 7000 Roma naartoe zijn verhuisd vanuit het stadscentrum – waar ze met diverse families in één appartement zijn samengedreven.

De segregatie is niet alleen genormaliseerd in de geesten van jonge Roma.

Maar ook over hun schampere lonen als “reinigingswerkers” of soms overlevend op 400 euro kindergeld per maand voor de 95% die werkloos zijn, over het racisme en de discriminatie daar. ‘Hoe kom je aan dat litteken?’, vroeg ik ooit aan het 13-jarige meisje. ‘Dat is omdat ik Roma ben, omdat ze met een stok op me geklopt hebben. Dat is zo als je Roma bent’, zei ze op de meest neutraal mogelijke manier. De segregatie is niet alleen genormaliseerd in de geesten van jonge Roma. Een recent onderzoek van Amnesty International in 2016 klaagt de etnische segregatie aan in het Slovaakse onderwijssysteem, waar Roma netjes apart worden gehouden.

De Migratie naar Gent

De onhoudbaarheid van deze levenssituatie dwingt mensen tot migratie. Vanaf 2004 vinden grotere groepen Roma aansluiting bij de migratiegolf van de jaren ’90 naar Gent. Deze migratierealiteit zou stadsdiensten en welzijnswerkers dwingen tot nieuw experiment, tot het herdenken van ruimte, tijd en praktijk om in te spelen op die complexe kwestie van superdiversiteit. De welvaartstaat en verzorgingsstaat zijn namelijk gemaakt op leest van integratieschema’s en -praktijken die werken van bovenaf naar onder toe: doorheen arbeidsparticipatie verkrijg je recht op sociale uitkeringen en toegang tot de vangnetten van de basis (bijstand) voor diegenen die door alle mazen van het net vallen.

Deze nieuwste sociale kwestie die we superdiversiteit noemen, en die zich afspeelt tegen de achtergrond van globalisering en migratie, zet deze geijkte schema’s van denken en handelen op hun kop. Vaak halen deze nieuwkomers de eerste sport van de ladder niet om hogerop te komen. Alle sociale mobiliteit blokkeert op hun verblijfstatuut en de strenge voorwaarden die daaraan verbonden zijn van zelfvoorziening in inkomen.

© Sammy Van Cauteren

Sammy Van Cauteren trok enkele jaren geleden naar LunikIX waar hij voor een fototentoonstelling beelden maakte van de erbarmelijke leefomstandigheden van de Roma in Kosicé

Dit verhaal van Romaburgers in Gent gaat ongeveer 15 jaar terug in de tijd. Na de Europese uitbreiding in 2004 naar de EU25 en de uitbreiding in 2007, kwamen substantiële migratiestromen op gang vanuit Oost-Europese landen. Het statuut van asielzoeker, wordt omgezet in een erkenning als Europese medeburger met het recht om zich vrij te verplaatsen binnen de grenzen van de Europese Unie. In totaal gaat het over 11.277 mensen uit Slovakije, Polen, Estland, Litouwen, Bulgarije en Hongarije, waarvan quasi 2000 mensen uit Slovakije en 8000 uit Bulgarije die de meest precaire groepen vormen (Stad Gent, 2015, Hemelsoet, 2013).

Van het totale aantal Bulgaren en Slovaken in België verblijft respectievelijk 30% en 40% in Gent (Touquet & Wets, 2013). Binnen de stad Gent schatten de loketbedienden van de dienst burgerzaken het aandeel Roma bij personen van Bulgaarse en Slovaakse afkomst op respectievelijk 50% en 90% (Hemelsoet, 2013). Ik gebruik de term “Roma” maar in realiteit gaat het om een uiterst heterogene groep waarbij de verschillen soms groter zijn dan de gelijkenissen (Hemelsoet, 2013; Boost, 2016; Touquet & Wets, 2013).

Na 2004 kwamen migratiestromen op gang van kwetsbare burgers met een lagere economische status en lage scholingsgraad.

Daarvoor kwamen in de jaren ’90 al heel wat Bulgaren en Slovaken naar Gent, dus volgmigratie werd makkelijker. Maar waar de eerste IEM groepen na de val van de muur eerder middenklasse burgers waren met betere scholing en economisch en sociaal kapitaal, kwamen na 2004 migratiestromen op gang van kwetsbare burgers met een lagere economische status en lage scholingsgraad. De families bevinden zich in een grijze juridische zone van Intra-Europese mobiliteit wat verblijfsstatus betreft. De families komen dan ook terecht in een vicieuze cirkel van institutionele inclusie die stukloopt en kan leiden tot jarenlange onzichtbaarheid en dakloosheid (Maeseele et al., 2014: 537).

Deze dakloze families zijn dus wel EU burgers, maar ze komen vast te zitten door onhaalbare zelfvoorzieningsvoorwaarden die aan de EU-mobiliteitsvoorwaarden vasthangen. Met een tijdelijke verblijfskaart (E-kaart) kan een EU-burger OCMW-steun aanvragen, maar dit is niet risicoloos. De kans op beëindiging van het verblijf is reëel. Enkel met een E+-kaart kan men zonder risico een leefloon aanvragen. Deze E+-kaart wordt pas toegekend na 5 jaar ononderbroken legaal verblijf in België, waarbij voldaan wordt aan de zelfvoorzieningsvoorwaarden.

Het jarenlange conflict

Die situatie van Romaburgers zou aanleiding geven tot jarenlange conflicten in Gent, zowel met Romaburgers als met de civiele samenleving. Er werd lang geloofd in terugkeer als voornaamste beleidsoptie, wat in de praktijk nooit gebeurde. Geregeld kwamen berichten in de krant over ontruimde kraakpanden of over Roma die krotten optrekken in verborgen delen van de stad. In 2009 werd de situatie van zowat 40 Roma voorpaginanieuws in alle Vlaamse kranten. Deze Roma leefden al zes maanden in erbarmelijke omstandigheden in de vroegere volkstuintjes in de Rabotbuurt. Titels als “Gentse sloppenwijk doet veel stof opwaaien” (DS) logen er niet om en zorgden voor politieke beroering.

In september 2012 bereikte het conflict rond de Roma in Gent een hoogtepunt toen een honderdtal activisten het stadhuis bezette, samen met dakloze autochtone en Romaburgers. Mensen die overleefden op de Blaarmeersen-camping van de stad of in kraakpanden, belandden in een onhoudbare integratie belemmerende situatie. Het toenmalige Paarse stadsbestuur stelde voor dat de dakloze gezinnen de nachtopvang of crisisopvang aanspreken. De nachtopvang gaat echter pas open om 21 uur ‘s avonds en is slecht vijf dagen op veertien beschikbaar (Maeseele et al., 2013).

© Sammy Van Cauteren

 

Een aantal organisaties en individuele burgers verenigde zich in de Beweging Recht op Wonen of ‘BRoW’ (een samenwerkingsverband van organisaties, krakers en individuen uit het Gentse waaronder Victoria Deluxe, Samenlevingsopbouw Gent, de Werkgroep Vluchtelingen, Hand in Hand, ACW Gent en Solidariteit van Onderop) om te strijden voor de afdwingbaarheid van het recht op wonen. Er werd beslist via kraakacties de dakloosheid van precaire gezinnen aan te kaarten. Het kasteel de Pelichy in Gentbrugge werd bezet.

De bezetters kregen een jaar de tijd om aan te tonen dat hun claims over “housing first” als inzet voor het recht op wonen voor burgers met precair verblijf werkt.

Uiteindelijk werd een leegstand pand voor dakloze ouderen in de Gentse Muidebuurt gekraakt: “het Emmaüsklooster”. Daar wordt een zogenaamde “bezetting ter bede” contract afgedwongen door de organisaties en activisten, met de eigenaar, het CAW Gent, een private hulpverleningsinstantie.

De bezetters kregen een jaar de tijd om aan te tonen dat hun claims over “housing first” als inzet voor het recht op wonen voor burgers met precair verblijf werkt. Housing First gaat ervan uit dat een stabiele huisvestingssituatie de basis vormt voor sociale mobiliteit. Het proces is er een van vallen en opstaan, maar de resultaten zijn er (De Potter, ea.,2014). Mensen werden geregulariseerd en alle papieren werden in orde gebracht, mensen schreven zich in voor kindergeld en een medische kaart, er werd trajectbegeleiding naar arbeid ingezet en bewoners werden dicht betrokken bij besluitvormingsprocessen, zoals het dagelijkse beheer van het Emmaüsklooster en de politieke strategie. (Cools, Oosterlynck & Debruyne, 2017; Debruyne, Vandeputte & Beunen, 2014).

Het experiment duurde acht maanden in 2013. Naast de directe resultaten van de organisaties in het Emmaüsklooster, namen de ambtenaren achter de schermen het initiatief om het “housing first principe” (Tsemberis, 2010) dat reeds enkele jaren lang op tafel lag bij het stadsbestuur, door te drukken.

© Sammy Van Cauteren

Sammy Van Cauteren trok enkele jaren geleden naar LunikIX waar hij voor een fototentoonstelling beelden maakte van de erbarmelijke leefomstandigheden van de Roma in Kosicé

Het begin van de samenwerking

Tijdens de bezetting in 2013 werd het zogenaamde POC-overleg gereactiveerd. Het Permanente Overleg Comité (POC) is een leer en-overleg platform voor de belangrijkste actoren die betrokken zijn bij de IEM (Roma-)-groepen in de stad Gent. Er werden vanuit de Stad vijf werkgroepen gelanceerd rond huisvesting, papieren, onderwijs, huishouden en werk. De samenwerking tussen organisaties en het Stadsbestuur en de stadsdiensten krijgt vorm.

Het vormde het begin van een kwalitatief IEM of “Roma”-beleid in Gent. Nieuwe experimenten werden opgezet voor deze IEM groepen. Op scholen zette de Stad Gent outreachende “brugfiguren Intra-Europese Migratie” in, om de communicatie en samenwerking tussen ouders, de school en de buurt te bevorderen.

Daarnaast werd het project “Buurtstewards” voortgezet. Deze “overlastambtenaren” volgen in de praktijk gezinnen van nabij op. Veelal zijn ze vertrouwensfiguren die werken rond papieren, werk, onderwijs van de kinderen, opleiding van de ouders, wonen en dakloosheid. In 2016 zette de Stad Gent in op de buurtstewards tot 2020 met Vlaamse middelen waarbij de Stad Gent 3 contracten er bovenop betaalt.

De bezetting van het Emmaüsklooster had aangetoond hoe woonstabiliteit een goede impact heeft op allerlei andere levensdomeinen.

Maar de Stad Gent zet ook directe woonexperimenten op. De bezetting van het Emmaüsklooster had aangetoond hoe woonstabiliteit een goede impact heeft op allerlei andere levensdomeinen. De Stad Gent ging voorzichtig experimenteren met het Housing First – of beter “housing led” – principe met IEM-burgers. Het project “Instapwonen” werd gelanceerd, waarbij een drietal woningen met begeleiding en omkadering werden vrijgemaakt (Stad Gent, 2013). Het stadsbestuur zet anno 2017 in op een gestage uitbreiding van Instapwonen. Met resultaten. Het grootste deel van de mensen die uitstromen zijn zelfstandig, hebben werk en hun papieren zijn in orde. Ze staan op eigen benen.

En er wordt ook ingezet op werk via het project “A-TIEM”: Het Arbeidsteam Intra-Europese Migratie dat inzet op trajectbegeleiding naar regulier werk van IEM burgers. Voor Gent ligt de focus op Bulgaren en Slovaken.

Op het POC overleg kwam er een afstemming tussen vrijwilligers (oa. KRAS Diensten), middenveld en stadsdiensten in de uitwerken van de IEM beleidsnota. De Stad Gent publiceerde in 2010 al een beleidsnota met de titel “Een Gecoördineerde en Integrale Aanpak van Intra-Europese Migratie”. Maar vooral de beleidsnota in 2015 zou een nieuwe dynamiek geven. Het eenzijdig inzetten op (het geloof in) terugkeer komt op de achtergrond, en het realisme van integratie en permanent verblijf van deze Roma burgers treedt op de voorgrond:

We hebben bijzondere aandacht voor de kinderen van kwetsbare gezinnen. Fundamentele mensenrechten, zoals het recht op onderwijs en gezondheidszorg dienen universeel gegarandeerd te worden. Kinderen en jongeren, die opgroeien in extreme armoede, laten we niet los. Het risico op een verloren generatie kunnen we ons niet veroorloven als Stad. Want daar betalen we later als samenleving een hoge prijs voor. De situatie van kinderen kan niet los worden gezien van hun thuissituatie en de sociaaleconomische positie van hun ouders.’

(“Een Gentse visie op Intra-Europese migratie” IEM beleidsnota, 2015).

Met andere woorden, op basis van sociale strijd, en later coalitievorming tussen stedelijke actoren en de civiele samenleving, kwam een gedegen mensenrechten- en grondrechtenpraktijk tot stand voor IEM-burgers.

© Sammy Van Cauteren

Sammy Van Cauteren trok enkele jaren geleden naar LunikIX waar hij voor een fototentoonstelling beelden maakte van de erbarmelijke leefomstandigheden van de Roma in Kosicé

In het voorjaar van 2017 werd Gent geconfronteerd met een stijgende dakloosheid van IEM-gezinnen met kinderen. Een tiental gezinnen met kinderen hebben geen vangnet en elke tegenslag door werkloosheid doet hen terugvallen tot onder de onderste sport van de ladder. Algemeen blijft een groep Slovaakse Roma zeer precair, in totale armoede en zien we vanuit sommige bestaande projecten en trajecten deze terugval in dakloosheid: de precariteit van het verblijfsstatuut is een loodzwaar hangijzer. En dat is op zich zelfs een Europese kwestie.

Veel praktijkwerkers stellen dat we dreigen tien jaar terug in de tijd gekatapulteerd te worden.

We zien momenteel een beperkte gezinshereniging uit Kosicé, gezinnen die uit het Verenigd Koninkrijk komen waar de woonwetten werden veranderd en verdere afbraak van sociale woningflats in Kosicé (Slovakije). Deze gebeurtenissen confronteren de stad met de globale verwevenheid inzake “Roma”-migratie. En dat is niet de enige bedreiging. Een groot woningblok van twee straten groot werd opgekocht door een projectontwikkelaar aan Dok Noord. De tientallen woningen werden overgekocht van een huisjesmelker die vaak verhuurde aan Slovaakse Roma, mensen zonder papieren en vluchtelingen.

Veel praktijkwerkers stellen dat we tien jaar in de tijd terug kunnen gekatapulteerd worden als we deze wooncrisis niet aanpakken. Het praktijk- en leernetwerk werd opnieuw geactiveerd via het POC (Permanent Overleg Comité) en het GIPS-netwerk (Gezinnen in Precaire Situaties) die worden versterkt als reactie op deze dak- en thuisloosheidscrisis van IEM gezinnen. Het daagt de Stad Gent uit de bestaande experimenten uit te breiden, gericht in te zetten, en over te gaan tot een geïntegreerd beleid wat er nog niet is. Zolang deze groep Roma burgers op straat vertoeft en kinderen in parken slapen en opgroeien, zullen we de rekening gepresenteerd krijgen in de toekomst.

Het is duidelijk dat het ook en vooral aan andere beleidsniveaus is zoals de Vlaamse regering en Federale regering die normaal een Romastrategie moeten uitwerken, om meer dan projectondersteuning te bieden die precair is. Steden die hun nek uitsteken om de grondrechten en mensenrechten van precaire gezinnen te realiseren, moeten ondersteund worden door hogere beleidsniveaus met gericht beleid.

© Sammy Van Cauteren

 

Welke toekomst voor Roma in Gent?

We vierden vorig net “50 jaar migratie”. In de jaren ’70 moest het sociaal werk als professionele actor dat zich bezig hield met migratie en nieuwkomers, nog geboren worden. De kiemen waren aanwezig in de vele links-christelijke vrijwilligers en militanten in basisbewegingen die de migratie van toen opnamen en integratie-experimenten opzetten. De complexiteit is sindsdien door globalisering en migratiestromen alleen maar toegenomen. In deze kwestie van integratie van Romagezinnen zien we dat nabijheidspolitiek van vele vrijwilligers en basiswerkers uit de civiele samenleving en verbonden aan de Stad Gent een belangrijke rol speelt. Het is de samenwerking tussen vrijwilligers, sociale professionals en stadsdiensten die de Roma-aanpak in Gent sterk maakt.

Het is de samenwerking tussen vrijwilligers, sociale professionals en stadsdiensten die de Roma-aanpak in Gent sterk maakt.

Hoe vergaat het “mijn gezin” ondertussen? Ik ben nog steeds een trotse peter van een ondertussen rebelse bengel. Ze woont momenteel met het gezin in een appartement van twee culturele organisaties. De mama verloor haar job, en er is geen vangnet.

Maar laat me hoopvol eindigen. Omdat we met enkele vrijwilligers en professionele krachten voor opvang zorgden en dakloosheid vermeden, heeft de mama opnieuw werk en de papa werkt aan zijn taal via vrijwilligerswerk in het Rabot. We schreven ze in in een begeleid woonproject. Het heeft me meer dan ooit van overtuigd dat sterke netwerken tussen vrijwilligers, professionelen en de Stad Gent deze groepen vooruit helpen. En dat we alleen maar samen kunnen bouwen aan een toekomst hier. En dat is het belangrijkste: dat gezinnen met precair verblijfsstatuut die hier een toekomst hebben, die kunnen uitbouwen. En dat deze Gentse burgers daarin omkaderd en ondersteund worden op hun pad naar zelfstandigheid. Want er is weinig keuze. Er is geen “zij” en “wij”: er is alleen maar ons.

Pascal Debruyne is postdoctoraal onderzoeker aan de UGent, en voorzitter van vzw Uit De Marge en Samenlevingsopbouw Gent vzw.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.