Amerikanen zien 'tweede Vietnam' opdoemen in Irak

Steeds minder Amerikanen geloven dat Amerika erin zal slagen stabiliteit in Irak te brengen. Nog slechts één op de drie Amerikanen steunt het Irak-beleid van Bush. Een situatie die vergelijkbaar is met die in 1968, toen de weerstand tegen de Vietnam-oorlog op zijn hoogtepunt was.

Zowel Republikeinse wetgevers als het leger lijken steeds ongelukkiger met de gang van zaken in Irak. Na het Vietnam-debacle is steun van de burgerbevolking voor het leger van groot belang. Steeds meer mensen erkennen dat de situatie in Irak eerder slechter dan beter wordt, zegt Jim Cason van het Friends Committee on National Legislation (FCNL), een lobbygroep die tegen de oorlog is. De regering staat onder steeds zwaardere druk van binnenuit, in het bijzonder van het Pentagon en invloedrijke Republikeinen op Capitol Hill.

President George W. Bush heeft tot verrassing van velen weinig gedaan om de groeiende onvrede tegen te gaan. Bush houdt momenteel vakantie op zijn ranch in Texas. Tot gisteren sloeg ook Cindy Sheehan - de moeder van een in Irak vermoorde soldaat – daar haar tent op. Zij wou van de president uitleg over het nut van de invasie in Irak. Haar actie beheerst al enkele weken het nieuws in Amerika.

De berichtgeving over de oorlog was de laatste paar weken bijzonder negatief, vooral sinds op 3 augustus veertien Amerikanen omkwamen bij een bomaanslag. Uit de koppen in de Amerikaanse kranten sprak vooral somberheid: ‘Het einde is nog niet in zicht in Irak’, ‘Amerika stelt verwachtingen in Irak bij’ en ‘Amerikaans beleid tegen As van het Kwaad loopt tegenslag na tegenslag op’. In het laatste artikel werd onder meer opgemerkt dat de Amerikaanse blunders in Irak de strategische positie van Noord-Korea en Iran versterkt hebben. Iran heeft tot ongenoegen van de VS steeds grotere invloed op de regering in Irak.

Nu de situatie in Irak niet verbetert, steekt zelfs bij verstokte ‘oorlogshaviken’ in het parlement het doembeeld van Vietnam de kop op. Volgens havik Newt Gringrich, voormalig voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, is de bijna-winst vorig maand voor de Democratische kandidaat en oud-Vietnamveteraan in Ohio, een Republikeins bolwerk, een teken aan de wand.

Opiniepeilingen wijzen ook op een afnemend vertrouwen in de regering-Bush. Uit een peiling die Newsweek twee weken geleden publiceerde, bleek dat slechts 34 procent van de Amerikanen nog vertrouwen heeft in Bush’ oorlogsstrategie. De steun voor oud-president Lyndon Johnson was volgens Rich in 1968 ongeveer even laag. In dat jaar kwam het ‘keerpunt’ in de publieke oppositie tegen de oorlog.

Uit een eerder onderzoek van Associated Press en Ipsos bleek dat 38 procent van de Amerikanen Bush steunde. Ook dat was al historisch laag, terwijl de peiling werd gehouden voor de moord op de veertien militairen. Een paar dagen later bleek uit een peiling van USA Today, CNN en Gallup, dat de meerderheid van de Amerikanen vindt dat de invasie in Irak een vergissing was en dat de oorlog Amerika kwetsbaarder heeft gemaakt voor terrorisme. Ook is een meerderheid van de Amerikanen volgens die peiling voor terugtrekking van de troepen uit Irak. Een derde van de ondervraagden vond dat die terugtrekking meteen moest beginnen.

Toen hoge militairen onlangs suggereerden dat Washington volgend voorjaar een substantieel deel van de 140.000 soldaten in Irak kan terugtrekken, deed Bush dat af als louter speculatief. Dat vergrootte de kloof tussen het leger en het Witte Huis. Ook leidde het tot nieuwe aanvallen van prominente neoconservatieven op Pentagonbaas Donald Rumsfeld, die zich volgens hen niet voldoende inzet voor de ‘transformatie’ van Irak. De president moet het Pentagon duidelijk maken dat er niet meer gepraat moet worden over het plannen van terugtrekking, maar over het plannen van overwinning, schreeft William Kristol in The Weekly Standard. Om te winnen, heeft de president een minister van Defensie nodig die het gevecht aan wil gaan en die in staat is te winnen.

Militair analist Frederick Kagan van het neoconservatieve American Enterprise Institute (AEI) vindt de discussie over terugtrekking gevaarlijk en onverantwoord. In de Washington Post schreef hij dat de lichte infanterie en politieagenten die getraind worden door Amerika, de komende jaren nog voor een groot deel afhankelijk zullen zijn van de steun van Amerikaanse militairen.

Prominente Democraten hebben zich al uitgesproken voor de geleidelijke terugtrekking uit Irak. De belangrijkste senatoren, waaruit waarschijnlijk een presidentskandidaat zal voortkomen voor de verkiezingen van 2008, stelden zich conservatiever op, uit angst om het stempel ‘soft’ te krijgen als het gaat om nationale veiligheid.

Deze week zei senator Russell Feingold, die evenals Hillary Clinton en Joseph Biden overweegt zich kandidaat te stellen voor president, dat zijn partijgenoten te timide zijn en de huidige regering te weinig uitdagen. Feingold zei voor terugtrekking van de Amerikaanse troepen te zijn, en wel uiterlijk tegen het einde van 2006. Met name de Democraten in de hogere regionen van de partij zeggen de mening van Bush te delen dat terugtrekking voordat stabiliteit in Irak is gebracht, schadelijk is voor de geloofwaardigheid van Amerika. (JS/MM)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.