Kirchner moet kiezen

Toen Kirchner op 25 mei van dit jaar de eed aflegde als president, had maar
22 procent van de Argentijnen voor hem gestemd. Ondertussen zegt 90,9
procent van de door Equis ondervraagde Argentijnen zich voor te kunnen
stellen voor Kirchner te stemmen. Maar liefst 81,4 procent van de
respondenten zegt dat het optreden van de nieuwe president hun verwachtingen
heeft overtroffen.

Kirchner is populair door zijn atypische stijl. Hij doet verrassende dingen
en begeeft zich tot wanhoop van zijn bodyguards geregeld onder het gewone
volk. Hij wil nieuwe processen voor de beulen van de militaire junta
(1976-1983) en hij bindt de strijd aan met de corruptie in het Argentijnse
politiekorps. Specialisten schrijven het verbeterde consumentenvertrouwen in
Argentinië (nu op +20 nadat het negatief had gestaan) louter toe aan het
optreden van Kirchner. Zowel de Moeders van verdwenen junta-slachtoffers als
de radicaalste vakbondsorganisaties, traditioneel de scherpste oppositie van
de vorige Argentijnse regeringen, zeggen de president te steunen.

Maar Kirchner moet oppassen, leert de enquête van Equis. Want als de
respondenten wordt gevraagd welke goede sociale en economische maatregelen
Kirchner al heeft genomen, blijven de meeste het antwoord schuldig. 67,3
procent van de ondervraagden kent geen enkele maatregel die de
werkloosheidsgraad (ongeveer twintig procent) indamt. Liefst 78,3 procent
van de Argentijnen zegt geen weet te hebben van een armoedebestrijdingplan.

Een cruciale test voor Kirchner worden de onderhandelingen met het
Internationaal Monetair Fonds. Het IMF vraagt dat Argentinië zijn
overheidsschuld terugbrengt. Dat verkleint de budgettaire marge voor
Kirchner om sterke beleidsaccenten te leggen. Linkse academici zeggen dat
Kirchner zal moeten kiezen. Ofwel de voorwaarden van het IMF volgen “en
zoals vele van zijn voorgangers luisteren naar het dictaat van het
grootkapitaal”. “Ofwel radicaal een nieuwe richting inslaan, de
verplichtingen aan het IMF grotendeels aan de laars lappen, de kasreserves
gebruiken om in de nationale economie te investeren en een reële
inkomensherverdeling tot stand brengen.”

Dat er een directe link bestaat tussen de onderhandelingen met het IMF en de
bestrijding van de armoede en de werkloosheid, wordt toegegeven door Eduardo
Curia, een economische raadgever van de Argentijnse regering. “Als we
vooruitgang willen boeken op die domeinen, moeten we heel wat gedaan krijgen
van het IMF”, zegt hij. “Tot op heden heeft Kirchner zich met ‘andere
activiteiten’ bezig gehouden om zijn populariteit te handhaven. De grote
test komt nu.”

De economische crisis die in december 2001 president Fernando De La Rúa ten
val bracht, stortte 54,7 procent van de 37 miljoen Argentijnen in de armoede
en maakte 21 procent van de beroepsbevolking werkloos. Vandaag is nog steeds
15,6 procent werkloos en werkt 19,8 procent in de illegale economie.