OESO: België haalt de 0.7 in 2010
Volgens OESO-prognoses besteedt België voor het eerst de beruchte 0.7% van zijn inkomen aan ontwikkelingshulp. Tegenvallende prestaties van Duitsland, Frankrijk, Japan, de VS en Italië betekenen dat de beloftes van 2005 niet worden waargemaakt.
John Vandaele . 17 februari 2010
De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) voorziet dat België dit jaar 2.6 miljard dollar (of 0.7 procent van zijn nationaal inkomen) aan publieke ontwikkelingshulp zal besteden, bijna een verdubbeling tegenover de 1.4 miljard dollar (of 0.41 procent) van 2004. Behalve Spanje noteert geen enkel land een gelijkaardige stijging.
Natuurlijk gaat het hier wel om prognoses: de groeiende begrotingstekorten zullen ons land dwingen tot besparingen en hulp is dan een kwetsbare sector. Bovendien is een deel van de stijging te danken aan de kwijtschelding van een groot pak Congolese schulden, die vaak al lang niet meer afbetaald worden, maar wel nog voor 100 procent als hulp mogen worden aangerekend volgens de OESO-regels. Vraag blijft wat er van die 0.7 procent overblijft als we in 2011 niet meer een dergelijk bedrag aan schulden kunnen kwijtschelden.
De Belgische ‘prestatie’ steekt schril af tegenover de eerder bescheiden groei van de hulp in Duitsland (van 0.28 naar 0.40 procent), Frankrijk (van 0.41 naar 0.46), Italië (van 0.15 naar 0.20) en de VS (0.17 naar 0.20) en Japan (van 0.19 naar 0.20). Deze cijfers van de kernleden van de G7, de groep van zeven rijkste landen, verklaren waarom de grootse beloftes waarmee de toenmalige Britse premier Tony Blair, en de zangers Bob Geldof en Bono mee uitpakten op de G7-top van Gleneagles absoluut niet werden gerealiseerd: de beloofde toename van de hulp naar Afrika met 25 miljard dollar, werd een stijging met 12 miljard dollar.
Voor een overzichtstabel zie: http://www.oecd.org/dataoecd/20/19/44607047.pdf
Natuurlijk gaat het hier wel om prognoses: de groeiende begrotingstekorten zullen ons land dwingen tot besparingen en hulp is dan een kwetsbare sector. Bovendien is een deel van de stijging te danken aan de kwijtschelding van een groot pak Congolese schulden, die vaak al lang niet meer afbetaald worden, maar wel nog voor 100 procent als hulp mogen worden aangerekend volgens de OESO-regels. Vraag blijft wat er van die 0.7 procent overblijft als we in 2011 niet meer een dergelijk bedrag aan schulden kunnen kwijtschelden.
De Belgische ‘prestatie’ steekt schril af tegenover de eerder bescheiden groei van de hulp in Duitsland (van 0.28 naar 0.40 procent), Frankrijk (van 0.41 naar 0.46), Italië (van 0.15 naar 0.20) en de VS (0.17 naar 0.20) en Japan (van 0.19 naar 0.20). Deze cijfers van de kernleden van de G7, de groep van zeven rijkste landen, verklaren waarom de grootse beloftes waarmee de toenmalige Britse premier Tony Blair, en de zangers Bob Geldof en Bono mee uitpakten op de G7-top van Gleneagles absoluut niet werden gerealiseerd: de beloofde toename van de hulp naar Afrika met 25 miljard dollar, werd een stijging met 12 miljard dollar.
Vraag blijft wat er van die Belgische 0.7 procent overblijft als we in 2011 niet meer een dergelijk bedrag aan schulden kunnen kwijtschelden.Alles bij elkaar zouden de rijke landen van de OESO ruim 107 miljard dollar aan hulp besteden in 2010. Gemiddeld besteden ze daarmee 0.33 procent van hun inkomen aan ontwikkelingshulp. De EU-landen halen 0.48 procent, een pak onder de beloofde 0.56 procent.
Voor een overzichtstabel zie: http://www.oecd.org/dataoecd/20/19/44607047.pdf
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2798 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Column
-
Interview
-
Nieuws
-
Nieuws
-
De Ontwikkelaars
-
Analyse