Volkstellingen legitimeren haat tegen Italiaanse Roma

Elf dagen geleden, om vijf uur ‘s ochtends, omsingelde een politiemacht van vijftig agenten een zigeunerkamp in de periferie van Milaan. Ze verlichtten het kamp met spots, vielen de barakken binnen en haalden de vijfendertig bewoners uit hun bed. Ze werden verplicht in rijen te staan voor een identiteitscontrole. De politie nam foto’s van hun documenten, terwijl forensische experts de barakken doorzochten en fotografeerden.

De Roma-noodtoestand

Alle families van het doorzochte kamp wonen al tientallen jaren in Milaan. Ze hebben allemaal de Italiaanse nationaliteit, hebben jobs of gaan naar school. Bovendien verblijven ze op een terrein dat hen was toegekend door de stad Milaan. Het stadsbestuur was dus op de hoogte van de identiteit van de bewoners.
“Dit optreden was een demonstratie. De politie koos ervoor een klein kamp te bezetten waar nooit problemen geweest zijn”, zegt Maurizio Pagani van de Milanese mensenrechtenorganisatie Opera Nomadi. “De operatie werd onaangekondigd uitgevoerd, bij zonsopgang, in afwezigheid van de pers of enige andere autonome vorm van controle. Het geldt als een waarschuwing aan andere kampen die veel groter zijn en waar veel meer sociale ellende heerst.”
De operatie was het eerste wapenfeit van de stadsprefect. Die werd eind mei benoemd tot ‘buitengewoon commissaris’. Deze commissaris geniet ‘speciale bevoegdheden’ om het hoofd te bieden aan de ‘Roma-noodtoestand’ die drie weken geleden door de nieuwe regering-Berlusconi werd afgekondigd.
De eerste taak van de buitengewoon commissaris is de telling van alle zigeuners op het grondgebied. Dijana Pavlovic, politiek activiste en zelf Roma, maakt zich zorgen: “Het grootste deel van de zigeuners is al decennialang Italiaans burger. Waartoe dient deze registratie? Waarvan is het de voorbode? Het stadsbestuur legt op bevel van de regering een parallel archief aan, waar gegevens bewaard worden op basis van etnische achtergrond. Dat gaat in tegen de meest elementaire grondwettelijke rechten.”
Pagani en Pavlovic trokken vorige donderdag naar de stadsprefect om te protesteren tegen de tellingen en de manier waarop ze worden uitgevoerd. Volgens Pavlovic reageerde de prefect met ‘onverschilligheid’: “Na uren discussiëren vroeg hij ons nog steeds: wat is nu eigenlijk het probleem?”
De zaak werd gisteren ter sprake gebracht in het Europees parlement. Naar aanleiding van de controversiële tellingen heeft Europarlementariër en Milanees Vittorio Agneletto de delegaties van Popolo della Libertà en Lega Nord ter verantwoording geroepen voor de discriminatie van zigeuners door de Italiaanse staat.

Roemenië-Italië

Op dezelfde dag van de telling in Milaan, ging in Rome de ontruiming van een illegaal zigeunerkamp van start. Hierdoor kwamen 120 mensen, van wie veertig minderjarigen, op straat terecht. De operatie werd beëindigd met de voorgeschreven telling, waarmee men echter moest wachten tot de kinderen terugkwamen van school.
“Men verjaagt voortdurend zigeuners van hun woonplaatsen. Er zijn zelfs gevallen waarbij de politie met rupsvoertuigen het hele terrein met de grond gelijk maakt, zonder de bewoners de kans te geven hun bezittingen te redden”, reageert Pavlovic, “het probleem is dat men hen nooit zegt waar ze achteraf heen moeten.”
De militaristische aanpak is volgens Dijana Pavlovic de legitimatie van de volkse haat tegen zigeuners, die dagelijks aanzet tot agressie. “De registraties en de manier waarop ze gebeuren, criminaliseren alle zigeuners. Het bevestigt het vooroordeel dat alle Roma en Sinti dieven zijn. En dagelijks worden glazen flessen over omheiningen van kampen gesmeten. Op bepaalde plekken worden zigeuners uitgefloten telkens ze hun kamp binnen- of buitenlopen. Laatst werd een vrouw met kind met baby in de armen door kinderen met stenen bekogeld.”
Om de gespannen sfeer te breken, nodigden de zeventig families van het beruchte zigeunerkamp in Via Triboniano de Milanezen uit om bij hen naar de match Italië-Roemenië te kijken. Meer dan tweehonderd Italianen gingen in op de uitnodiging. “We willen onze realiteit laten zien”, verklaart Kashima, een Bosnische vrouw uit het zigeunerkamp.
Aan de poorten van het kamp dat met prikkeldraad is afgezet, stonden de hele dag zes donkerblauwe busjes klaar, goed voor een totaal van meer dan vijftig bewapende agenten. “Hier binnen zijn mensen van een zeker soort. Er kan vanalles gebeuren. Wij zijn hier om de publieke orde te verzekeren”, was het commentaar van de hoofdverantwoordelijke van de staatspolitie.