Kiezen voor de overlevenden in Pakistan

Op zaterdag 11 mei vinden in Pakistan historische verkiezingen plaats. De uitslag is zelfs niet bij benadering te voorspellen, al was het maar omdat bijna de helft van de verkiezingslokalen als onveilig beschouwd wordt en het dus onduidelijk blijft op hoeveel plaatsen mensen echt naar de stembus kunnen of zullen trekken. Extremistisch geweld heeft de campagne overschaduwd en op sommige plaatsen onmogelijk gemaakt.

Het klinkt onvoorstelbaar, maar het is waar: als de verkiezingen van aanstaande zaterdag resulteren in een nieuwe, democratisch verkozen regering in Pakistan, dan zal dat de eerste keer zijn in 63 jaar onafhankelijke geschiedenis dat de macht overgedragen werd van de ene verkozen regering aan de volgende. 85 miljoen kiesgerechtigden kunnen op 11 mei zowel het nieuwe nationale als de nieuwe provinciale parlementen verkiezen, die op hun beurt de Pakistaanse eerste minister en de provinciale chief-ministers zullen verkiezen.

Het voorbehoud in de openingszin verwijst naar een recente veiligheidsupdate, waarin de Nationale Verkiezingscommissie stelt dat van de bijna 70.000 kiesbureau’s er niet minder dan 32.000 te maken hebben met veiligheidsproblemen. In de provincies Baloetsjistan en Khyber Pakhtunkwa vallen bijna alle bureau’s onder die negatieve waarschuwing, terwijl Punjab en Sindh een wat gunstiger vooruitzicht hebben, maar ook daar is de toestand dit jaar veel gewelddadiger dan bij voorgaande verkiezingen.

In de Federally Administered Tribal Areas (FATA), de zeven Pasjtoense regio’s die aan Afghanistan grenzen en die niet volledig onder centraal  Pakistaans bestuur vallen, worden voor het eerst verkiezingen op basis van politieke partijen georganiseerd. Zowat alle kiesbureau’s zijn uitermate onveilig, volgens de Verkiezingscommissie.

 Geen verkiezingscampagne, wel geweldcampagne

De voorbije drie weken vielen er in Pakistan bij aanslagen op verkiezingsbijeenkomsten, kandidaten of kantoren van politieke partijen meer dan zeventig dodelijke slachtoffers. Vooral de drie grote partijen met een seculier programma lagen onder vuur: de Awami National Party (ANP), de Muttahida Qaumi Movement (MQM) en de Pakistan Peoples Party (PPP). De geweldcampagne tegen deze partijen was aangekondigd door de Pakistaanse taliban ( Tehirk-e-Taliban Pakistan, TTP), maar werd ook uitgegevoerd door andere extremistische gewapende groepen zoals de Lashkar-e-Jhangvi, een sektarische soenni-organisatie die zich meestal op sjiitische doelwitten richt.

Met die aanslagencampagne hebben de TTP en aanverwante groepen zich de facto tot belangrijke spelers in deze verkiezingsstrijd opgeworpen. In de miljoenenstad Karachi, waar vooral de MQM sterk staat, kon zo goed als geen enkele politieke bijeenkomst gehouden worden. En ook in andere grote steden zoals Lahore, Islamabad en Peshawar werden de meeste grote manifestaties van PPP en ANP geschrapt. De meer of uitgesproken religieus geïnspireerde partijen hebben bijna niet te lijden gehad onder deze geweldcampagne, en ze hebben er zich ook niet echt tegen uitgesproken.

Hoe sterk de aanwezigheid van extremistische groepen verspreid geraakt is in Pakistan, blijkt niet alleen uit de straffeloosheid waarmee ze al die aanslagen kunnen plegen. Ook op de lijsten van kandidaten blijken gezochte extremisten te staan. In Punjab zou het om 55 kandidaten gaan die gesignaleerd staan op terroristenlijsten van het ministerie van Binnenlandse Zaken, afkomstig uit tien verschillende sektarische groepen. De Verkiezingscommissie werd op de hoogte gebracht van deze namen, maar greep uiteindelijk niet in om hun deelname aan de democratische verkiezingen te voorkomen.

Exit Musharraf

Dat gebeurde wel met de kandidatuur van voormalig dictator Pervez Musharraf, die speciaal voor deze verkiezingen terugkeerde uit vrijwillige ballingschap in Dubai en Londen. In plaats van het voorspelde heldenwelkom, werd hij op de luchthaven slechts door enkele honderden medestanders opgewacht. In de weken daarna kwam de voormalige sterke man terecht in de klauwen van de rechterlijke macht, die hij op het einde van zijn regeerperiode had proberen kortwieken.

Resultaat: niet alleen werd zijn kandidatuur voor verschillende districten afgewezen en diskwalificeerde het Hooggerechtshof in Peshawar hem uiteindelijk levenslang van deename aan verkiezingen in Pakistan op grond van zijn optreden tegen rechters; bovendien zit Musharraf nu al enkele weken in voorarrest in het kader van beschuldigingen dat hij betrokken zou zijn bij de moord op Benazir Bhutto in 2007.

De voorbije drie weken vielen er in Pakistan bij aanslagen op verkiezingsbijeenkomsten, kandidaten of kantoren van politieke partijen meer dan zeventig dodelijke slachtoffers.

Meerderheid verliest?

De huidige meerderheidspartijen zullen het zaterdag moeilijk hebben om de kiezers te overtuigen hen een nieuw mandaat te geven, aangezien hun rapport weinig positieve resultaten te zien geeft. De voortdurende stroomonderbrekingen zijn niet verholpen, de drone-aanvallen van de VS gaan onverminderd door, de economie doet het slechter dan voordien, het sektarische en extremistische geweld is nergens nog onder controle…

Vooral de partij van president Zardari, de PPP, vreest een stevige elektorale afstraffing –al kan de partij in de provincie Sindh zeker nog rekenen op de traditionele clan- en cliëntennetwerken die in het verleden de kiezers mobiliseerden. Een teken van de veralgemeende onveiligheid in Pakistan is het feit dat de voorzitter van de PPP, Bilawal Bhutto-Zardari, zoon van Benazir Bhutto en huidig president Zardari, al weken in het buitenland verblijft en niet in Pakistan zal zijn op de dag van de verkiezingen –wegens te veel gevaar voor zijn jonge leven.

De N-factor en de K-factor

De twee partijen die echt uitkijken naar de verkiezingen van 11 mei zijn de PML (N) (Pakistan Muslim League, geleid door Nawaz Sharif) en de PTI (Pakistan Tehrik-e-Insaf, geleid door Imran Khan). Zij hebben niet meebestuurd in de Islamabad de voorbije jaren, al heeft de PML (N) wel bestuurd in Punjab, de grootste en dichtst bevolkte provincie van het land, die ongeveer de helft van de parlementszetels in Islamabad levert.

Dat bestuur is over het algemeen redelijk positief beoordeeld. In de provinciale hoofdstad zorgden Nawaz Sharif en zijn broer Shahbaz Sharif –Chief Minister van de provincie- onder andere voor een gloednieuw bussysteem, een effectieve aanpak van de dengueplaag en –in het verleden- een snelle autosnelweg met Islamabad. De PML (N) is overigens zo goed als helemaal gerustgelaten door de geweldcampagne van de extremistische groepen, en heeft dus zonder al te veel moeilijkheden of verliezen campagne kunnen voeren.

De voorspelde overwinning van de PML (N) kan echter in het gedrang gebracht worden door de echte joker in deze verkiezingen: Imran Khan, ex-kapitein van het nationale cricketteam dat in 1992 de wereldtitel won, gekende societyfiguur maar ook sponsor van onder andere een goed kankerziekenhuis, en oprichter en leider van de PTI. Khan is afkomstig uit Khyber Pakhtunkwa, maar heeft al een paar keer massale bijeenkomsten georganiseerd in Lahore.

Hij profileert zich als de Mr. Proper van de Pakistaanse politiek, die ook komaf zal maken met de Pakistaanse deelname aan de Amerikaanse War on Terror en aan de drone-aanvallen op Pakistaans grondgebied. Niemand durft voorspellen of de PTI de werkelijk zal doorbreken in deze nationale verkiezingen. De meeste commentatoren houden het op een score van ongeveer tien procent van de zetels in het parlement. Anderen sluiten niet uit dat het appeal van Khan bij jongeren en in de steden zo groot zal zijn dat hij echt de centrale figuur bij regeringsonderhandelingen kan worden. Hij heeft echter al samenwerking met zowel de PPP als de PML (N) uitgesloten. Nog een detail: ook de vrouw en twee zonen van Imran Khan verblijven momenteel in het buitenland.

Verkiezingen zijn een begin

De verkiezingen van zaterdag zullen, zelfs indien ze relatief rustig zouden verlopen en over bijna het hele grondgebied kunnen plaatsvinden, geen einde maken aan het Year of Living Dangerously van Pakistan. Eenmaal een nieuwe regerring gevormd is in Islamabad en de verschillende provincies hun nieuwe parlementen en regeringen geïnstalleerd hebben, staan er nog enkele heel gevoelige en beslissende veranderingen aan de top van de Pakistaanse machtspiramide op het programma.

In september moet een nieuw staatshofd gekozen worden om huidig president Zardari te vervangen, in november gaat de stafchef van het Pakistaanse leger, generaal Ashfaq Kayani, op pensioen; en in december moet ook de Pakistaanse opperrechter, Iftikhar Chaudhry, op pensioen. Het was de confrontatie met deze opperrechter die uiteindelijk Musharraf ten val bracht, terwijl hij ook met de huidige president Zardari op ramkoers gebleven is, wat onder andere geresulteerd heeft in de juridische afzetting van twee eerste ministers.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.